KAMPEN - Vol enthousiasme postte Jimmy Croymans van café ’t Ponton vorige week een foto van z’n terras op Facebook. Door rond alle tafels een plastic scherm te zetten hoopte hij het terras klaargemaakt te hebben voor de heropening op 1 juni. Maar helaas een paar dagen later kregen hij, en vele ondernemers elders in het land, te horen dat de veiligheidsregio’s heropening op die manier onveilig vinden. Tot ontsteltenis van Croymans en Remmert Krantz, voorzitter van de Stichting Kamper Horeca.
Krantz zegt moedeloos te worden van het in zijn ogen onsamenhangende beleid van de regering. “Kijk laat ik voorop stellen dat wij als horeca-ondernemers volledig snappen dat er een gezondheidsprobleem is waar we samen aan moeten werken. Maar het beleid is gewoon tegenstrijdig. Waarom is een plastic scherm in supermarkten en bij kappers wel veilig, maar is het dat in de horeca niet? Daar hebben wij geen uitleg over gekregen. We krijgen gewoon te horen: het mag niet.”
Onredelijk
Onredelijk volgens Krantz, omdat het risico volgens hem in verhouding tot andere plekken niet veel groter is. “Ik denk dat het in een supermarkt, waar iedereen van alles aanraakt, veel onveiliger is dan op een terras, waar alle groepen van elkaar gescheiden zijn door plastic schermen, maar helaas op deze manier mogen wij niet open. Ondertussen gaan de mensen gaan er wel op uit, die houd je niet continue binnen. Dus dan krijg je van die beelden van overvolle stranden, parken en rijen bij de Ikea. Dat kan dan wel, terwijl bij ons de terrassen met schermen niet open mogen.”
Volgens Krantz is het vooral zuur omdat veel horeca-ondernemers in heel het land al geïnvesteerd hebben in de de plastic schermen. “De overheid heeft ondernemers gevraagd om mee te denken over een veilige manier van ondernemen. We zijn voortvarend en positief aan de slag gegaan. Veel collega’s zagen in de schermen een oplossing en hebben in verband met de steeds langer wordende levertijden snel gehandeld. Omdat het al op zoveel plekken wordt toegepast en toegestaan als maatregel, leek het de oplossing, maar helaas.”
Krantz benadrukt dat de eis die de overheid op dit moment stelt, namelijk: anderhalve meter afstand tussen alle terrasgasten, niet haalbaar is. Op papier is er volgens hem dus wel sprake van een versoepeling voor de horeca, maar in de praktijk hebben veel ondernemers hier niets aan.
“De meeste ondernemers hebben hier niets aan, omdat ze veel minder klanten kwijt kunnen. Zo weinig dat je in feite nog verlies draait. Je moet niet alleen ruimte houden tussen de gasten, maar ook tussen de tafels en het looppad. Veel café’s kunnen dan beter gewoon dichtblijven en wachten tot het noodgeld van de regering gestort wordt. Maar wij zijn niet de types die met de armen over elkaar gaan zitten. Wij willen ondernemen, wij willen open. Daarom zoeken we naar mogelijkheden om aan de slag te kunnen gaan. Ook voor onze vaste gasten. We hebben ook een maatschappelijke functie. Veel mensen zitten nu thuis en zijn wel toe aan een praatje of een verzetje. Daarin spelen wij ook een belangrijke rol.”
Nieuw plan
Na de aanvankelijke teleurstelling over de afwijzing van de plastic schermen hebben de Kamper horecaondernemers een plan ingediend bij de gemeente Kampen voor de realisatie van gezamenlijke terrassen. Om het proces niet te veel te verstoren wil Krantz hierover nog niet al te veel kwijt. “Samen met de gemeente hebben we een plan opgesteld. We horen woensdag of het haalbaar is.”
Reactie gemeente
Burgemeester Bort Koelewijn laat aan De Brug weten dat hij het initiatief met de plastic schermen van de horeca interessant vindt. Op dit moment bieden de regels hier geen mogelijkheden toe, maar hij wil het in het overleg met de veiligheidsregio’s bespreekbaar gaan maken. “Ik begrijp dat er al nagedacht wordt over de mogelijkheid om lokale overheden meer bevoegdheden te geven voor maatwerk”, aldus Bort Koelewijn. “Wellicht dat we dan in de toekomst zelf kunnen beoordelen of het werken met schermen risico’s oplevert of niet. Zo zijn er wellicht meer mogelijkheden om maatwerk te leveren, zodat een ondernemer wel wat kan.”
